Slim stuwbeheer voor een klimaatbestendige landbouw

Datum

Thema

Water

Gebied

Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen
Contactpersoon

Steve Meuris
016 28 64 55
steve.meuris
@boerennatuur.be

Stuwbeheer vormt een onmiskenbare toepassing in het droogtegevoelige Vlaanderen. In dit artikel wordt uitgelicht hoe ook deze techniek kan worden gemoderniseerd.

Steve Meuris, Regiocoördinator Boerennatuur Vlaanderen

Vlaanderen wordt steeds vaker geconfronteerd met extreme weersomstandigheden, waarbij jaren van langdurige droogtes en jaren van intense neerslag elkaar afwisselen. Dit stelt de landbouwsector en waterbeheerders voor grote uitdagingen. Via het relanceproject ‘Digistuw’ wordt slimme sensortechnologie gecombineerd met regelbare stuwen om de klimaatbestendigheid van het waterbeheer verder te helpen optimaliseren.

Stuwtjes in het vlakke Vlaanderen

Een snelle waterafvoer was decennialang de focus van het Vlaamse waterbeheer. Het Vlaamse landschap is dan ook doorspekt van grachten die drainage en waterbeheer mogelijk maken zodat percelen geschikt zijn voor landbouwdoeleinden. Door de toename van droge periodes met snel dalende grondwaterstanden wordt water de laatste jaren meer en meer een kostbaar goed. Waterbeheer dat zich enkel richt op waterafvoer wordt tegenwoordig als onhoudbaar bestempeld. Anderzijds is de realiteit dusdanig dat ook langdurige natte periodes steeds vaker voorkomen met veel wateroverlast tot gevolg. Om zowel de mogelijkheid van voldoende afwatering als van gerichte waterconservering te combineren kan worden ingezet op regelbare stuwtjes. De boodschap is duidelijk: zoveel mogelijk water ter plaatse vasthouden, zonder de bewerkbaarheid van de gronden te hypothekeren.

Van traditie naar technologie

Stuwpeilbeheer bestaat uiteraard al eeuwen. De techniek is in weze zeer eenvoudig. Bij een optimaal stuwbeheer worden één of meerdere schotjes zo kort mogelijk voorafgaand aan de veldwerkzaamheden uit het stuwraam verwijderd. Zo kan de grondwatertafel tijdelijk dalen om insporing en bodemverdichting te vermijden. Na de werkzaamheden worden de schotjes opnieuw aangebracht om maximaal water te laten infiltreren. In de praktijk blijkt er echter vaak ruimte voor verbetering. Schotjes worden soms te laat of niet heringebracht, en uit vrees voor eventuele teeltschade wordt de stuwhoogte soms zeer conservatief (lees: te laag) ingesteld.

Om hieraan tegemoet te komen werd binnen het project ‘Digistuw’ gebruik gemaakt van sensoren die het waterpeil in de grachten opmeten. De meetgegevens werden gekoppeld aan een online dashboard dat op elk moment door de landbouwers in het gebied kan worden geraadpleegd. “Naast de actuele waterpeilen geeft het dashboard ook neerslagvoorspellingen weer en kunnen per sensor alarmdrempels worden ingesteld”, aldus Vincent Wolfs van Sumaqua die het dashboard heeft ontwikkeld. “Bij een te hoog of te laag waterpeil krijgt de landbouwer dan een waarschuwing waarop hij zijn stuwbeheer kan aanpassen.”

Een sensor meet het waterpeil vlakbij een stuw © PVL Bocholt

Waarschuwingen geven de terreingebruikers zekerheid bij stijgende waterstanden, waardoor deze het stuwpeil hoger durven instellen, of vormen een welkome herinnering om tijdig de schotjes terug te plaatsen en onnodige waterafvoer te voorkomen.

Impact

Het gebruik van het dashboard moet helpen om de reële buffercapaciteit per stuw dichter bij de maximale te brengen. Het volume water dat één stuw kan bufferen hangt af van meerdere factoren. Naast de grachtbreedte en de grachtdiepte (of de opstuwhoogte) spelen ook de helling van het terrein en het bodemtype een rol. Goed doorlatende bodems laten meer water doorzijgen naar de ondergrond en hoe vlakker het terrein, hoe meer grachtlengte kan worden opgestuwd met één enkele stuw. Door de verschillen in terreinomstandigheden werden binnen het Digistuw-project buffervolumes per stuw opgemeten die varieerden van 70 tot 500 m³ water. Stef Keppens van het PVL Bocholt verduidelijkt: “Het gaat hierbij enkel over het volume water dat in het grachtenstelsel wordt gebufferd. Als de buffercapacietiet van de bodem mee in rekening wordt gebracht loopt het volume, zeker op de Limburgse zandbodems, al snel op.” Meer concrete impactbenaderingen worden binnen het VLAIO-onderzoeksproject ‘Stuwviewer met Impact’ berekend, maar dat een correct uitgevoerd stuwbeheer een gunstig effect op de watertafel heeft staat nu al vast.

Dommelvallei: voordelen in droge maar ook in natte jaren

De voordelen van regelbare stuwtjes zijn zeer voor de hand liggend in droge jaren. De lokale infiltratie verhoogt waardoor de droogtestress vermindert. Echter, regelbare stuwtjes bieden ook bij hevige neerslag een meerwaarde. Hun bufferende werking staat de beheerder toe om piekdebieten bovenstrooms op te vangen en meer geleidelijk vrij te geven waardoor de wateroverlast benedenstrooms vermindert. Eén van de onderzoekszones binnen het Digistuw-project betreft de bovenloop van de Dommel binnen het landbouwgebied ‘Siberië’ te Peer. In het verleden kreeg het stroomafwaarts gelegen centrum van Neerpelt meermaals af te rekenen met wateroverlast. Om dit te vermijden werd eerder al een wachtbekken aangelegd. Echter, door de verwachte toename van extreem natte periodes zal in de toekomst bijkomende waterbuffering nodig zijn. Stuwtjes in de bovenloop van de Dommel kunnen hier aan bijdragen zonder bijkomend ruimtebeslag. “In Siberië hebben we het afgelopen jaar tientallen stuwen bijgeplaatst”, zegt Patrick Golkowski van Watering De Dommelvallei. “De komende jaren willen we hier significant meer water kunnen bufferen.”

Buitenheide: bevloeiing vanuit de Prinsenloop

Een andere zone waar de oppervlaktewaterpeilen in kaart werden gebracht betreft het landbouwgebied ‘Buitenheide’ te Hamont-Achel. Een door de provincie recent geplaatste stuw op de Prinsenloop maakt dat hier opnieuw bevloeiing met kanaalwater mogelijk wordt. Om dit in goede banen te leiden werd het grachtensysteem voorzien van strategisch geplaatste stuwen die bepalen hoeveel water uit de Prinsenloop het gebied kunnen instromen en tot waar. De in het Digistuw-project geplaatste sensoren zullen ook de komende jaren een belangrijke rol om dit systeem verder te beoordelen en de waterverdeling optimaal te reguleren, zodat netto meer water ter plaatse kan worden gebufferd zonder de landbouwbedrijfsvoering te hinderen.

Op de Prinsenloop maakt een recent geplaatste stuw bevloeiing met kanaalwater mogelijk. © PVL Bocholt

Conclusie

Waterbeheer in het buitengebied blijft een continu proces van monitoren en afstemmen op de lokale noden en gebruiken van het gebied. Dankzij moderne meetapparatuur en nieuwe ontwikkelingen zoals het hierboven aangehaalde dashboard kan dit ook voor stuwbeheer op een meer efficiënte wijze verlopen.

Met steun van