Houtsnippers als bodemverbeteraar

Nieuws

Nieuwsberichten

Houtsnippers als bodemverbeteraar

Datum

Thema

Bodem

Gebied

Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen
Contactpersoon

Joost-Pim Balis
016 28 64 28
joostpim.balis
@boerennatuur.be

Bij het afzetten van een houtkant komt een grote hoeveelheid biomassa vrij. De snoeiresten zijn vaak niet geschikt voor hoogwaardige verwerking (grondstof voor nieuwe materialen) en worden meestal als afvalstroom behandeld. Door het vrijgekomen hout te hakselen, worden houtsnippers verkregen die verschillende toepassingen kunnen krijgen. Zo kunnen deze in de landbouw duurzaam ingezet worden als bodemverbeteraar.

Het gebruik van houtsnippers als bodemverbeteraar kan de landbouw heel wat kansen en voordelen bieden. Door hun hoge gehalte aan resistent organisch materiaal (hoge C/N) zijn houtsnippers ideaal om de stabiele organische stof in de bodem op lange termijn te verhogen. Dat is van groot belang, aangezien het watervasthoudend vermogen toeneemt naarmate er meer organische stof in de bodem zit. Dat zorgt ook voor een betere weerbaarheid tegen extreme weersomstandigheden, zoals droogte of hevige regenval. Dat vertaalt zich dan weer in een stabielere gewasproductie.

Door de hoge C/N-verhouding van houtsnippers wordt tijdens de afbraak en omzetting ervan in de bodem tijdelijk minerale stikstof geïmmobiliseerd. Naargelang de snelheid waarmee dit gebeurt, afhankelijk van de bodemomstandigheden, kan hierdoor in het voorjaar tijdelijk minder minerale stikstof beschikbaar zijn voor het gewas. We raden landbouwers daarom aan om dit goed op te volgen en om de teelt hierop af te stemmen en/of de toe te dienen hoeveelheid aan te passen. Zo kan het gunstig zijn om de houtsnippers in het najaar toe te dienen, gevolgd door de inzaai van een groenbedekker en een voorjaarsgewas als volgteelt.

Het toedienen van houtsnippers heeft ook een positieve invloed in het kader van het Mestdecreet. Door de tijdelijke immobilisatie van de aanwezige minerale stikstof in de bodem kan het nitraatresidu in het najaar lager zijn. Daardoor daalt het risico op uitspoeling tijdens de winter en komen minder nutriënten in het oppervlakte- en grondwater terecht.

© Boerennatuur Vlaanderen

Ook in de strijd tegen klimaatopwarming kan deze techniek een grote rol spelen. Door het vastleggen van koolstof in de bodem via gerichte maatregelen, zoals meer organisch materiaal aanvoeren, kunnen landbouwers een deel van de oplossing vormen. In de bodem zit immers dubbel zoveel CO2 opgeslagen dan in de atmosfeer. Op die manier biedt koolstofopslag in landbouwbodems niet alleen voordelen voor de landbouw, maar ook voor de maatschappij als mitigerende maatregel.

Daarnaast is het inwerken van houtsnippers in de bodem een nodige valorisatie van hout dat vrijkomt uit het beheer van houtige kleine landschapselementen (KLE’s). Het beheer van KLE’s brengt een grote kost met zich mee, zonder dat het rechtstreeks opbrengt. Door een geschikte, lokale valorisatie aan houtsnippers te geven, krijgen KLE’s opnieuw een economische waarde en worden ze daardoor interessanter voor landbouwers om deze op een duurzame manier te beheren. En zelfs nog een stapje verder: doordat KLE’s opnieuw in beheer genomen worden, wordt het voor een landbouwer ook interessanter om nieuwe KLE’s aan te planten.

Hoewel de huidige wetgeving het inwerken van houtsnippers in de bodem niet toelaat, zijn er beleidsdoelstellingen (waaronder het Vlaams energie- en klimaatplan) die stellen dat de bodem groot potentieel heeft om koolstof op te slaan. Zoals hierboven vermeld, kunnen houtsnippers hierin faciliteren. Ook het nieuwe houtkantenplan van minister Demir stelt dat een valorisatie voor houtige beheerresten afkomstig van KLE’s zich aandringt. Houtsnippers als bodemverbeteraar worden hier naar boven gehaald als voorbeeld om koolstof op te slaan.

De interesse bij landbouwers in deze techniek, neemt steeds toe, maar toch wordt hij slechts sporadisch toegepast, omdat de huidige wetgeving dit niet laagdrempelig toelaat. Landbouwers moeten een grondstoffenverklaring bij OVAM aanvragen vooraleer ze toestemming krijgen om houtsnippers in hun bodem in te werken. Er komt een hoop administratie en onzekerheid bij kijken, wat landbouwers tegenhoudt om deze maatregel toe te passen. Een versoepeling van de wetgeving hierrond dringt zich dus op.

Omwille van de belangrijke voordelen die het inwerken van houtsnippers in de bodem oplevert op verschillende niveaus en de toenemende interesse hiervoor, niet alleen vanuit de land- en tuinbouwsector maar ook vanuit het beleid, werd en wordt deze techniek sinds 2016 in Vlaanderen verder bestudeerd in een groot aantal proefvelden, aangelegd in het kader van verschillende onderzoeks- en demo-projecten. Een overzicht van de resultaten hiervan tot 2021 wordt gegeven in het dossier “Wetenschappelijk kader voor het gebruik van houtsnippers als organische bodemverbeteraar in de Vlaamse landbouw – Overzicht van de huidige kennis en ervaringen in Vlaanderen op basis van onderzoeks- en demoprojecten” (Tits et al., 2021). Dit dossier werd begin 2021 bezorgd aan OVAM en vormde de wetenschappelijke basis van het voorstel voor de wijziging van VLAREMA m.b.t. het gebruik van houtsnippers als bodemverbeteraar in de landbouw.

Bronnen en relevante informatie:

  • Tits, M., & Lammers, B. (2017, November 13). Koester de koolstof en verbeter de bodemkwaliteit met houtsnippers. Boerenbond – Management&Techniek, pp. 44-46.
  • Tits, M., & Vervoort, L. (2019, Februari 28). Krinlopen sluiten bij het beheer van houtkanten. Boer&Tuinder, pp. 29-31.
  • Tits, M., Lammers, B., Elsen, A., & Vandendriessche, H. (2017). Application of ramial wood chips in arable fields to improve carbon storage in the soil and soil quality.
  • Vervoort, L., Rops, J., & Tits, M. (2019, Oktober 10). Koolstof, van houtkant tot in de bodem. Boer&Tuinder, pp. 48-49.
  • Vervoort L., Tits M., Vancampenhout K., Van de Ven G. (2020) Inhoudelijk eindrapport van het project
  • Koester de Kempense Koolstof, uitgevoerd door Boerennatuur Vlaanderen, Bodemkundige Dienst van België, Hooibeekhoeve en KU Leuven Campus Geel, met de financiële steun van LEADER Kempen Oost en de gemeenten Balen, Oud-Turnhout, Ravels en Retie.
  • Vervoort L., Tits M., Vancampenhout K., Van de Ven G. (2020) Van houtkant tot in de bodem.
  • Praktijkgids in kader van het project Koester de Kempense Koolstof, uitgevoerd door Boerennatuur Vlaanderen, Bodemkundige Dienst van België, Hooibeekhoeve en KU Leuven Campus Geel, met de financiële steun van LEADER Kempen Oost en de gemeenten Balen, Oud-Turnhout, Ravels en Retie.
  • Westaway, S. (2019). Ramial woodchip for soil health and fertility. ORC Bulletin, pp. 6-7.